Linter verhoogt mantelzorgpremie van 50 naar 100 €

Met het toekennen van een mantelzorgpremie heeft Linter als voornaamste doelstelling het stimuleren van de mantelzorg, zodanig dat de zwaar zorgbehoevenden zo lang mogelijk in zijn eigen thuismilieu kunnen blijven. Het is een uiting van waardering voor de belangrijke inzet van mensen die zwaar zorgbehoevenden thuis bijstaan en verzorgen,  Linter besliste op de gemeenteraad van 29 april 2024 tot verhoging van  de  mantelzorgpremie van 50 euro naar 100 euro.

De aanvraag voor de mantelzorgpremie wordt door de mantelzorger ingediend bij het OCMW.

Mantelzorger
Het recht op een mantelzorgpremie hangt af van volgende voorwaarden.
 
    De mantelzorger houdt zich daadwerkelijk en dagelijks met de thuiszorg bezig.
    De thuiszorg moet op een kwaliteitsvolle en menswaardige manier gebeuren.

De premie wordt toegekend aan de mantelzorger, ongeacht zijn woonplaats, die hiertoe een aanvraag doet. Er wordt slechts 1 mantelzorgpremie per zorgbehoevende persoon toegekend aan één mantelzorger per jaar.

Na de toekenning van de mantelzorgpremie volstaat het dat de mantelzorger jaarlijks zijn aanvraag vernieuwd door middel van een recent bewijs (niet ouder dan drie maanden) van toekenning van het zorgbudget voor zwaar zorgbehoevenden aan de zorgbehoevende persoon te bezorgen aan de sociale dienst, zegt schepen Karlien Lismont

De zorgbehoevende persoon.

Het recht op een mantelzorgpremie hangt af van volgende voorwaarden met betrekking tot de zorgbehoevende persoon:

  • De zorgbehoevende persoon moet een inwoner van de gemeente zijn en is ingeschreven in het bevolkings- en vreemdelingen register van de gemeente.
  • De persoon moet zorgbehoevend zijn, dat wil zeggen dat hij/zij, geheel of gedeeltelijk, niet meer in staat is zichzelf te verzorgen en de elementaire taken te verrichten die een gezonde persoon van dezelfde leeftijd normaliter kan uitvoeren, en waardoor blijvende hulp van een derde persoon noodzakelijk is.
  • De evaluatie van de score van de zorgbehoevende persoon moet worden vastgesteld door middel van reeds bestaande attesten. Het is niet de bedoeling om een bijkomende medische en/of administratieve formaliteit in te voeren.
  • De zorgbehoevende persoon verblijft in zijn natuurlijk thuismilieu (zelfstandig wonend of inwonend) en maakt al dan niet gebruik van de thuiszorgvoorzieningen die gericht zijn op de ondersteuning van de thuiszorg.